Wat te doen bij wateroverlast in de tuin?
Zeven tips voor droge voeten!
Sta jij na een flinke regenbui al met je surfplank onder je arm? Klaar om de golven te trotseren in je eigen achtertuin? Of haal je snorkel en duikbril tevoorschijn om het bodemleven in de volgelopen kelder te bestuderen? Gevalletje doemscenario, maar toch …
Volgens het KNMI zal het aantal plensbuien alleen maar toenemen. Met wateroverlast in tuin, kelder en kruipruimte als vervelend gevolg. Gelukkig kun je er zelf iets aan doen.
Met onderstaande tips kun je meteen aan de slag. Surfen en duiken doe je maar in je vakantie op een plek waar dat hoort … en dat is niet in je achtertuin!
Hoge grondwaterstand
We hebben in Nederland steeds vaker te kampen met wateroverlast in tuinen. Hoosbuien nemen alleen maar toe, terwijl de bergingscapaciteit van tuinen afneemt. Vooral in gebieden met een hoge grondwaterstand is dat een groeiend probleem.
Het riool trekt al dat water niet. Lopen de riolen over, dan kan het vieze water op straat terechtkomen. Of doorstromen naar sloten en kanalen, waar het vissterfte veroorzaakt. In de strijd tegen het buitenissige regenwater zijn tuinbezitters zoals jij best belangrijk.
Wateroverlast tuin oplossen
Tuinen kunnen regenwater opvangen. Dat gebeurt in vijvers, regentonnen, via planten of gras, gootjes of door hoogteverschillen in de tuin aan te brengen. Ook bomen hebben de fijne eigenschap dat ze veel water opnemen. Geldt trouwens ook voor gevelgroen.
Kortom: hoe groener de tuin, hoe beter. Probeer je er in ieder geval aan te houden dat je tuin voor maximaal 40 procent uit verharding bestaat en voor tenminste 60 procent uit groen. Hou dat even vast bij het lezen van onderstaande tips om wateroverlast in jouw tuin te voorkomen.
1. Wég met die tegels, weg met wateroverlast!
Tegels zijn de grote boosdoener als jouw tuin na een fikse regenbui verandert in een vijver. Niet zo gek, want het hemelwater loopt via die stenen joekels niet echt lekker de grond in. Om de druk op het riool te verminderen, kun je de tuin het best zo weinig mogelijk bestraten en vol voor planten te gaan. Hoe meer planten, hoe minder grote plassen in je tuin.
Moet je bestrating dan helemaal verbannen? Dat hoeft nou ook weer niet, als je maar zorgt voor de goede verhouding: 40 procent tegels en 60 procent groen, of 1/3 bestrating en 2/3 groen.
Als je je verveelt in je vrije tijd, kun je de bestaande tegels terugleggen met bredere voegen. Zo kan het regenwater makkelijker tussen de tegels de grond in sijpelen. Bang voor onkruid tussen die bredere voegen? Het is ook nooit goed 😉 Geen zorgen, want er is voegsel te koop dat geen onkruid maar wél regenwater doorlaat. Als je dan toch lekker bezig bent, kan je meteen ook je verzakte tuin eens ophogen en aflopen.
2. Wat absorbeert veel water?
Goed, de tegels heb je grotendeels uit de natte grond gewipt. En dan? Dan is er nog genoeg te kiezen. Plant bijvoorbeeld een paar hoge struiken of bomen. Zit je er in de zomer ook nog een beetje koel bij. Bodembedekkers zijn ook een goed idee, want onverzadigbare waterslurpers. Denk ook aan een groene haag als alternatief voor je houten of stenen schutting.
Je kunt de bestrating ook vervangen door halfverharding. Nooit van gehoord? Dat kunnen bijvoorbeeld grindmatten zijn, of grastegels. Die vul je af met waterdoorlatende verharding als grind, split of gras. Heb je meteen een stabiele ondergrond, waar zelfs een vrachtwagen van een tonnetje of dertig overheen kan rijden.
Klinkt misschien gek, maar kunstgras vermindert ook wateroverlast in je tuin. Hoe dan? De rug van het kunstgras zit vol gaatjes, waar het water makkelijk door kan wegstromen. Wel even checken of de ondergrond van kunstgras waterdoorlatend is …
3. Wateroverlast voorkomen met infiltratiekratten
Een wel heel effectieve methode om het regenwater in je tuin af te voeren, is het bufferen van regenwater. Zo verdwijnt al het water netjes in het grondwater. In de droge zomermaanden hoef je minder te beregenen én je loost ook geen schoon water op het riool. Regenwater bufferen doe je in infiltratiekratten onder de grond. De kratten slaan regenwater op en geven dit geleidelijk weer af. Best een ingewikkeld klusje, dus laat dat beter over aan professionals als De Tuin Hoveniers in Vlaardingen.
4.Sla water op in de regenton
Het is vrij makkelijk om een regenton aan te sluiten op de regenpijp. Ook jij kan het, echt. De regenton slaat het regenwater op, dat je via een kraantje kunt aftappen om je tuin mee te besproeien. Gratis water, fijn in droge periodes! Vergeet niet een goed afsluitend deksel op de regenton te leggen. Anders verandert het ding in een kraamkamer voor muggen. Regenpijpen kun je trouwens ook afkoppelen om het water vanaf het dak direct in je tuin terecht te laten komen.
5.Wow, een wadi!
Even opletten nu als je in een gebied woont met kleigrond. Dan word je namelijk heel blij van een wadi. Dat is een buffervijver waarin regenwater wordt opgevangen en dat vervolgens langzaam in de bodem trekt. Als de bodem heel compact is, dan is het slim om infiltratieputjes in de wadi te gebruiken, of boor gaten met een grondboor en vul ze met grind.
6. Wateroverlast verminderen met hoogteverschillen
Je had het zelf kunnen bedenken … wie hoogteverschillen in de tuin aanlegt, laat het regenwater naar een lager gelegen en onverhard deel in de tuin stromen. Moet je dit lager gelegen deel natuurlijk niet volplempen met bestrating, maar een waterdoorlatende ondergrond kiezen. Het water verzamelt zich op deze plek en zal langzaam wegzakken in de bodem. Zo maak je handig gebruik van de zwaartekracht.
7. Verminder wateroverlast met een groen dak
Een groen dak is een dak vol planten. Maar niet elke plant is geschikt voor zo’n daktuin. Het beste zijn sedumcassettes voor een groen dak. Dat zijn platen vol sedumplantjes, die een groot deel van het water opvangen en vasthouden. Zo verdwijnt er minder water in de regenpijp.
Bel De Tuin Hoveniers toch lekker!
Je moet best veel weten om je tuin watervriendelijk te houden. En er is nog veel meer over te vertellen dan we in dit blog kwijt kunnen. Laat De Tuin Hoveniers jouw waterprobleem maar oplossen. Zijn we goed in …
